Just kidding, ik ben niet van plan om nog verder te studeren, tenzij het echt niet anders kan. Ik kreeg deze week intussen wel enkele keren de vraag op Instagram over hoe je dit het beste aanpakt. Onder het motto "U vraagt, wij draaien", een korte omschrijving van hoe ik het parcours tot nu toe ervaren heb.
1. Kies wijs
Als je beslist zoveel tijd op te offeren voor iets, kies je best een richting die je aanspreekt en waar je écht in geïnteresseerd bent. Het gaat verder dan "ik wil die job uitoefenen". Bestudeer de vollédige opleidingsprofielen, check alle vakken, wanneer moet je aanwezig zijn, waar heb je les...? Soms kan je serieus beteuterd zijn na een maand wanneer je dit niet diepgaand genoeg bekeken hebt. Zo blijkt dat sommige richtingen helemaal niet zo praktijkgericht zijn als ze doen uitschijnen in de folder. Sommige keuzes hebben heel wat (minder boeiende/minder praktijkgerichte/op het eerste oog minder relevante) vakken die je misschien niet meteen verwacht. Bijvoorbeeld: psychologie en pedagogie zijn twee richtingen waar een flinke brok statistiek in zit, ik dacht dat we vooral gingen leren over de mens, die ferme brok wiskundige achtergrond had ik niet zien aankomen.
2. Verdeel en slaag
Iedereen die aan iets als een opleiding begint wil het liefste zo snel mogelijk en zo goed mogelijk afstuderen. Mocht het zo gemakkelijk zijn, dan zou iedereen een huis vol "papiertjes" hebben. Er zijn mensen die studeren alsof het niets inhoudt en die erdoor fladderen, maar als je een beetje op mij lijkt, is dat niet zo vanzelfsprekend. Als mensen advies vragen, raad ik altijd aan om zo realistisch mogelijk te denken. Beter om het geheel over meer tijd te spreiden en effectief te slagen dan je voor een fulltime studie in te schrijven waar je maar 1/4 tijd voor beschikbaar hebt. Snel snel snel werkt in de meeste gevallen erg demotiverend en eindigt zonder papiertje. Kleine successen daarentegen kunnen erg motiverend werken; slagen voor twee van de twee vakken lijkt misschien gene vetpot maar het doet nog altijd meer deugd dan slagen voor 4 van 8 vakken. En laat het nu net die kleine succesjes zijn die ervoor zorgen dat je kan volhouden.
3. Onderschat en overschat tijd niet
Tel alles mee en doe maar nog even maal twee om een realistisch beeld te krijgen. Ieder vak krijgt een aantal studiepunten die uitdrukken hoeveel tijd je ongeveer aan een vak moet besteden om te slagen. Daarmee is de kous echter niet af. Moet je op bepaalde momenten les volgen? Hou dan ook rekening met de verplaatsingstijd. Heb je groepswerk bij bepaalde vakken? Hou er dan rekening mee dat je ook moet afspreken met je groepsleden. Heb je les tot 15u30 en moet je om 16u aan de schoolpoort staan om je kinderen af te halen? Schat realistisch in wat haalbaar is, vaak duurt een les iets langer, je blijft nog even plakken om te overleggen enzoverder. Realisme, écht realisme leek voor mij zeer belangrijk. (En af en toe kwam die realiteit ook even op mijn hoofd gevallen...)
4. Lees de kleine lettertjes
Soms spreekt men over aanpassingen voor werkstudenten; afstandsonderwijs... In heel wat gevallen zijn er effectief bepaalde maatregelen maar vaak blijken die "maatregelen" heel wat beperkter te zijn dan vooraf verteld wordt. Zo keek ik ooit om toegepaste psychologie te volgen (dat was iets dichter bij de deur dan Leuven), als puntje bij paaltje kwam moest ik daar minstens één dag per week aanwezig zijn. Als werkmens met variabele uren geen sinecure. Voor de stage was er ook geen mogelijkheid om te combineren met werk, er moest drie maand aan één stuk overdag gewerkt worden. Dit is van een heel eind geleden, dus misschien is dit al veranderd maar informeer je goed zodat je niet voor onaangename verrassingen komt te staan.
5. Hoeveel wil je opofferen?
Voor je aan eender welke studie begint raad ik aan om goed na te denken hoeveel je wil opofferen. Als je vooraf al weet dat je nooit 's avonds wil/kan studeren na het werk omdat je te moe bent, is het misschien geen goed idee om te starten. Als je geen verlof wil opofferen om te werken aan de zoveelste paper of aan je masterproef, begin je misschien beter niet. Wanneer iedereen in juni buiten begint te genieten van de zon, moet jij studeren. Wanneer iedereen volop feest tijdens de eindejaarsfeesten, denk jij aan je examens die er binnenkort aankomen... Voor mij was dit allemaal niet zo vreselijk als het klinkt maar het zijn van die dingen om bij stil te staan. Zo heb ik vaak examens van juni (of januari) uitgesteld naar augustus (meteen tweede zittijd) omdat ik dan meer tijd had als leerkracht. Enerzijds een grote luxe, anderzijds was er de afgelopen jaren ook maar bitter weinig échte vakantie.
Dit zijn de eerste vijf dingen die in me opkomen als mensen me de vraag stellen wat ik aanraad/ervaren heb. Er zijn uiteraard nog veel meer factoren die een (belangrijke) rol spelen. De kern van het verhaal blijft: hoe hard wil je het, hoeveel heb er voor over en hoe realistisch ben je als je alles op een rijtje zet?
1. Kies wijs
Als je beslist zoveel tijd op te offeren voor iets, kies je best een richting die je aanspreekt en waar je écht in geïnteresseerd bent. Het gaat verder dan "ik wil die job uitoefenen". Bestudeer de vollédige opleidingsprofielen, check alle vakken, wanneer moet je aanwezig zijn, waar heb je les...? Soms kan je serieus beteuterd zijn na een maand wanneer je dit niet diepgaand genoeg bekeken hebt. Zo blijkt dat sommige richtingen helemaal niet zo praktijkgericht zijn als ze doen uitschijnen in de folder. Sommige keuzes hebben heel wat (minder boeiende/minder praktijkgerichte/op het eerste oog minder relevante) vakken die je misschien niet meteen verwacht. Bijvoorbeeld: psychologie en pedagogie zijn twee richtingen waar een flinke brok statistiek in zit, ik dacht dat we vooral gingen leren over de mens, die ferme brok wiskundige achtergrond had ik niet zien aankomen.
2. Verdeel en slaag
Iedereen die aan iets als een opleiding begint wil het liefste zo snel mogelijk en zo goed mogelijk afstuderen. Mocht het zo gemakkelijk zijn, dan zou iedereen een huis vol "papiertjes" hebben. Er zijn mensen die studeren alsof het niets inhoudt en die erdoor fladderen, maar als je een beetje op mij lijkt, is dat niet zo vanzelfsprekend. Als mensen advies vragen, raad ik altijd aan om zo realistisch mogelijk te denken. Beter om het geheel over meer tijd te spreiden en effectief te slagen dan je voor een fulltime studie in te schrijven waar je maar 1/4 tijd voor beschikbaar hebt. Snel snel snel werkt in de meeste gevallen erg demotiverend en eindigt zonder papiertje. Kleine successen daarentegen kunnen erg motiverend werken; slagen voor twee van de twee vakken lijkt misschien gene vetpot maar het doet nog altijd meer deugd dan slagen voor 4 van 8 vakken. En laat het nu net die kleine succesjes zijn die ervoor zorgen dat je kan volhouden.
3. Onderschat en overschat tijd niet
Tel alles mee en doe maar nog even maal twee om een realistisch beeld te krijgen. Ieder vak krijgt een aantal studiepunten die uitdrukken hoeveel tijd je ongeveer aan een vak moet besteden om te slagen. Daarmee is de kous echter niet af. Moet je op bepaalde momenten les volgen? Hou dan ook rekening met de verplaatsingstijd. Heb je groepswerk bij bepaalde vakken? Hou er dan rekening mee dat je ook moet afspreken met je groepsleden. Heb je les tot 15u30 en moet je om 16u aan de schoolpoort staan om je kinderen af te halen? Schat realistisch in wat haalbaar is, vaak duurt een les iets langer, je blijft nog even plakken om te overleggen enzoverder. Realisme, écht realisme leek voor mij zeer belangrijk. (En af en toe kwam die realiteit ook even op mijn hoofd gevallen...)
4. Lees de kleine lettertjes
Soms spreekt men over aanpassingen voor werkstudenten; afstandsonderwijs... In heel wat gevallen zijn er effectief bepaalde maatregelen maar vaak blijken die "maatregelen" heel wat beperkter te zijn dan vooraf verteld wordt. Zo keek ik ooit om toegepaste psychologie te volgen (dat was iets dichter bij de deur dan Leuven), als puntje bij paaltje kwam moest ik daar minstens één dag per week aanwezig zijn. Als werkmens met variabele uren geen sinecure. Voor de stage was er ook geen mogelijkheid om te combineren met werk, er moest drie maand aan één stuk overdag gewerkt worden. Dit is van een heel eind geleden, dus misschien is dit al veranderd maar informeer je goed zodat je niet voor onaangename verrassingen komt te staan.
5. Hoeveel wil je opofferen?
Voor je aan eender welke studie begint raad ik aan om goed na te denken hoeveel je wil opofferen. Als je vooraf al weet dat je nooit 's avonds wil/kan studeren na het werk omdat je te moe bent, is het misschien geen goed idee om te starten. Als je geen verlof wil opofferen om te werken aan de zoveelste paper of aan je masterproef, begin je misschien beter niet. Wanneer iedereen in juni buiten begint te genieten van de zon, moet jij studeren. Wanneer iedereen volop feest tijdens de eindejaarsfeesten, denk jij aan je examens die er binnenkort aankomen... Voor mij was dit allemaal niet zo vreselijk als het klinkt maar het zijn van die dingen om bij stil te staan. Zo heb ik vaak examens van juni (of januari) uitgesteld naar augustus (meteen tweede zittijd) omdat ik dan meer tijd had als leerkracht. Enerzijds een grote luxe, anderzijds was er de afgelopen jaren ook maar bitter weinig échte vakantie.
Dit zijn de eerste vijf dingen die in me opkomen als mensen me de vraag stellen wat ik aanraad/ervaren heb. Er zijn uiteraard nog veel meer factoren die een (belangrijke) rol spelen. De kern van het verhaal blijft: hoe hard wil je het, hoeveel heb er voor over en hoe realistisch ben je als je alles op een rijtje zet?
Reacties
Een reactie posten